Meest overschatte Chinees van het jaar
Terwijl wij hier moord en brand schreeuwen als paardenvlees wordt verkocht als rundsvlees, wordt dat in China gedaan met vlees van ratten en vossen. Er werd ook al giftig melkpoeder verspreid. Kippenpoten, aldaar beschouwd als delicatesse, werden wel eens ingespoten met een oplossing op basis van waterstofperoxide, een desinfectiemiddel. Ik schrijf dit als inleiding voor wie dacht dat het beroep van culinair recensent volstrekt risicoloos is, en uitsluitend gericht op genot en plezier.
Voor mijn dierbare lezers tart ik evenwel elk gevaar, zeker als de kans bestaat dat zij een Chinees restaurant zouden bezoeken omdat het door een culinaire gids tot "Aziaat van het Jaar" werd uitgeroepen. In dat geval neem ik mijn verantwoordelijkheid, al moest ik er mij een weg voor banen doorheen een buurt van louche bars, vlakbij het beruchte De Coninckplein. Het lijkt er wel op dat het onder foodies bon ton is geworden om net dergelijke obscure eethuizen de hemel in te prijzen. Ach ja, zij hebben al zoveel culinaire tempels bezocht dat het een beetje vervelend is geworden. Bovendien verhoogt het je status van culinaire avonturier als je je onverschrokken waagt aan kippenbloed met gembersaus, eendenpoten met zeekomkommer, rundermaag met gezouten groenten, rijstpap met kippenextract en gefruite dikke darmen. Let op, dit is nog maar een fractie van het menu bij Fong Mei dat - naar goede Chinese gewoonte - uit meer dan 200 (tweehonderd!) genummerde gerechten bestaat. Allemaal dagvers, dat spreekt.
Hardcore foodies storten zich natuurlijk met plezier op dit culinaire telefoonboek om er de meest exotische gerechten uit te plukken. Maar omdat ik het liefst wil weten hoe de modale sterveling een restaurant ervaart, koos ik een van de menu's. Bijna alle klanten (waaronder veel westerlingen) doen dat trouwens, te meer daar de prijzen aantrekkelijk laag zijn (19, 29 en 40 € voor respectievelijk 4, 5 en 7 gerechten, thee en koffie inbegrepen).
Omdat de keukenchef Pui Kwok doorgaat als meester van de dimsum, bevat elk menu een assortiment van 4 à 5 varianten, dat als één enkel gerecht wordt beschouwd. Met honger ga je hier dus niet buiten. Het is niet altijd duidelijk of de aangekondigde inhoud van die deegpakketjes overeenkomt met wat je reëel in de mond krijgt. En ik heb het ook altijd vreemd gevonden dat men zo hoog opgeeft over de subtiele variatie van de Chinese dimsum, terwijl ze allemaal geacht worden in dezelfde twee sausjes gedoopt te worden (één pikant en één zoetzuur).
Nadien werd een lading gerechten aangevoerd die - alweer naar goede Chinese gewoonte - allemaal tegelijk op de tafel kwamen: kreeft met gember en lente-ui, gestoomde tarbot met gember en prei in een bijna verbrande sojasaus, een assortiment van geroosterd vlees, zoetzure kip met look, kalfsribben met zwarte peper en gebakken rijst met ei.
Alles wat uit de keuken komt, blinkt en glimt hier. Wat zich vertaalt in glibberige en kleverige texturen en vette, zoete smaken. Meestal zoek je vruchteloos naar een gedefinieerde smaak van een ingrediënt, naar een schakering van smaken of naar verfijning.
Ik heb mij de hele avond ingespannen om dit goed te vinden. Maar als ik in Antwerpen Chinees wil eten, ga ik liever naar Cuichine.
Fong Mei, Van Arteveldestraat 65-67, 2000 Antwerpen, tel. 03/225.06.54, www.fongmei.be, gesloten op donderdag